Oefening Finland

In deze oefening bekijken we alle strategieën in de juiste volgorde om een afbeelding te retoucheren. Concreet gaat het om een ingescande foto.

Benodigde afbeeldingen:

Video-uitleg:

Probleemstelling:

We hebben een scheef ingescande foto, die  bijgewerkt moet worden: qua formaat moeten we aanpassingen doen, de kleuren en de belichting zijn niet goed, er staan ongewenste objecten op en we willen het geheel er ietstje zonniger uit laten zien, met een mooie blauwe wolkenhemel  ipv saaie grijze lucht.

1 Resolutie + afbeelding uitsnijden

Theorie: wat is resolutie?
Resolutie is de densiteit van pixels in een afbeelding. 
72 ppi (pixels per inch) betekent dat er per duim (Engelse maat) 72 pixels afgedrukt worden.  300 ppi betekent dat er 300 pixels per duim afgedrukt worden.  300 ppi betekent dus meer detail per “duim” (2,54 cm). Vandaar dat 300 ppi geldt als norm voor drukwerk, terwijl 72 ppi de norm is voor webafbeeldingen.
Je kan afbeeldingen omzetten van 72 ppi naar 300 ppi met of zonder kwaliteitsverlies, maar dat hangt af van het feit of de pixels herberekend worden of niet.
Praktisch

2 Toonbereik aanpassen (niveaus)

3 Kleurzweem verwijderen (kleurbalans)

Sommige foto’s krijgen een soort kleurzweem. Dat kan door te lang in de zon te staan, of gewoon doordat het fotopapier in de loop der jaren chemische veranderingen ondergaat.  Kleurzwemen worden ook toegepast in Instagram-filters, daar is het net de bedoeling dat er dus een soort kleurwaas over de afbeelding hangt.

4 Kleur vervangen in afbeelding

Het blauwe dekzeil onderaan de afbeelding past niet bij de kleur nagellak van de eigenares van het bootje!  Die kleur moet dus aangepast worden.  Eerst gaan we het dekzeil selecteren op een nieuwe manier, daarna passen we de kleur aan.

5 Verzadiging aanpassen

De totale verzadiging (felheid van de kleuren) van het beeld moeten we ook aanpassen. Dat kan manueel  (met de spons) op de originele onderste laag, of met een nieuwe bovenste aanpassingslaag “Kleurtoon en verzadiging”.
Met gereedschap spons:

Met aanpassingslaag:

6 a Helderheid aanpassen met gereedschappen

Ook om de helderheid van je beeld aan te passen, bestaat er een gereedschap Tegenhouden, op dezelfde manier te gebruiken als de spons.  Alleen zal deze niet de kleuren feller maken, maar je afbeelding oplichten. Er bestaat ook een gereedschap “Doordrukken”, waarmee je de afbeelding donkerder maakt.  Dit zijn destructieve methodes. Probeer zelf uit op de onderste laag, en keer daarna op je stappen terug via het venster Historie.
 

6b Helderheid aanpassen met aanpassingslaag of Curves

We kunnen het totaalbeeld qua helderheid aanpassen met een aanpassingslaag Curves. Die is qua werking iets complexer dan Niveaus.  Bij Niveaus wijzig je de uiterste zwart- en witpunten in je afbeelding, de rest van de belichting wordt evenredig herverdeeld.  Met curves kan je spelen met die herverdeling tussen de uiterste belichtingspunten.

7 Retoucheren

Aan de steiger bevindt zich een bootje dat er niet mag aangemeerd liggen.  We retoucheren dit weg.

8 Deel van afbeelding vervangen

We zijn (hopelijk) tevreden met onze kleuraanpassingen en retouches.  Nu gaan we de lucht vervangen.

9 Verscherpen (onscherp masker toepassen)

Indien we de afbeelding willen afdrukken (daarom kozen we trouwens een klassiek 10*15cm fotoformaat), moeten we de afbeelding lichtjes opscherpen. Een afdruk is altijd een beetje waziger dan de digitale versie, omdat de pixels uiteindelijk als inktspatjes op papier terechtkomen, waar ze, al naargelang de papiersoort, soms lichtjes uitvloeien. 
Daarbij stoten we op 2 problemen:

Daar werken we op deze manier:

De stappen: